Stel je voor: Je zit in een collegezaal. De docent praat, maar je verstaat maar de helft. Niet omdat de stof te moeilijk is, maar omdat de stem wegvalt in het geroezemoes, de docent met zijn rug naar de klas staat, of de akoestiek slecht is.
Voor slechthorende studenten is dit geen uitzondering, maar vaak de dagelijkse realiteit. Toegankelijkheid in het onderwijs begint met kleine, eenvoudige aanpassingen. Dingen die voor docenten misschien vanzelfsprekend lijken, maar voor slechthorende studenten het verschil maken tussen mee kunnen doen, of constant achterlopen. Deze week (6 tot 12 oktober 2025) is het de Week van de Toegankelijkheid, met extra aandacht voor toegankelijk onderwijs.
Tijd voor een eerlijk lijstje: 5 eenvoudige dingen die docenten kunnen doen om het leven van slechthorende studenten (en eigenlijk iedereen) een stuk makkelijker te maken.
1. Gebruik versterking. Altijd. Ook in een klein lokaal.
Slechthorenden zijn vaak afhankelijk van goede geluidskwaliteit. Zonder microfoon verdwijnen belangrijke woorden in de ruimte, vooral als er achtergrondlawaai is (ventilatie, schuivende stoelen, pratende klasgenoten). Een microfoon zorgt voor duidelijk, voor rechtstreeks geluid. En dat is goud waard.
Wat je als docent kunt doen
- Gebruik een (draadloze) microfoon of headset, ook in kleine collegezalen.
- Test de microfoon vooraf: werkt deze? Is het volume goed?
- Moedig studenten aan om te zeggen als ze je niet goed horen. “Kunt u dat even herhalen?” moet nooit een rare vraag zijn.
Bonus: Weet je dat er microfoons zijn die rechtstreeks koppelen aan hoortoestellen? Vraag eens na of je onderwijsinstelling die heeft!
2. Geef visuele ondersteuning. Slides, het bord, samenvattingen, alles helpt.
Slechthorenden luisteren niet alleen met hun oren, maar ook met hun ogen. Visuele informatie zoals tekst, afbeeldingen of schema’s, geven context en helpen om de les beter te volgen.
Wat je als docent kunt doen
- Deel slides of notities vooraf of aan het begin van de les. Zo kunnen studenten meelezen en aantekeningen maken.
- Schrijf belangrijke termen, data of formules op het bord.
- Gebruik visuele signalen, zoals handopsteken of een belletje, om aandacht te vragen.
Tip: Als je digitaal lesgeeft, zet dan altijd ondertiteling aan bij video’s of gebruik een chatfunctie voor vragen.
3. Kijk je studenten aan als je praat. Geen ruggen, geen mompelen.
Slechthorenden gebruiken vaak ‘lipaflezen’ en gezichtsuitdrukkingen om gesprekken te volgen. Als je met je rug naar de klas staat of je hoofd afwendt, val je letterlijk weg. Slechthorenden missen dan een deel van de communicatie.
Wat je als docent kunt doen
- Sta of zit zo dat je gezicht zichtbaar is voor iedereen.
- Praat niet terwijl je loopt of iets opschrijft.
- Moedig studenten aan om hetzelfde te doen tijdens groepsdiscussies.
Weetje: Veel slechthorenden zijn onbewust goed in lipaflezen. Maar dat lukt alleen als ze je mond kunnen zien.
4. Herhaal vragen uit de zaal. Niet één keer, maar twee keer.
Slechthorenden missen vaak vragen of opmerkingen van medestudenten. Vooral in grote groepen is het onmogelijk om alles te volgen.
Wat je als docent kunt doen
- Herhaal de vraag hardop voordat je hem beantwoordt. Bijvoorbeeld: “Jan vraagt of dit ook geldt voor uitzonderingen. Goede vraag! Het antwoord is…”
- Moedig studenten aan om duidelijk te praten en hun hand op te steken.
- Gebruik een digitaal vragenbord (bijv. Mentimeter) voor online of hybride lessen.
Extra: Als je een vraag niet hebt verstaan, vraag dan gerust: “Kun je dat herhalen voor iedereen?” Zo hoeft niemand zich dom te voelen.
5. Bied ruimte voor vragen na de les. Niet iedereen durft tijdens de les iets te zeggen.
Slechthorenden hebben soms extra tijd nodig om informatie te verwerken. Of omdat ze niet willen onderbreken.
Wat je als docent kunt doen
- Blijf na de les even beschikbaar.
- Geef studenten de optie om vragen per e-mail of via een digitaal platform te stellen.
- Wees geduldig. Niet iedereen durft meteen te vragen: “Kun je dat nog een keer uitleggen?”
Belangrijk: Zeg niet: “Dat hebben we net besproken.” Maar vraag: “Wat was onduidelijk? Ik leg het graag nog een keer uit.”
Toegankelijkheid is geen ingewikkeld project.
Het zijn de kleine dingen die tellen. Deze 5 punten kosten weinig moeite, maar maken een wereld van verschil. Voor slechthorende studenten, maar eigenlijk voor iedereen.
Want wie heeft er nou geen baat bij een docent die duidelijk praat, visuele ondersteuning geeft en ruimte biedt voor vragen? Deze week is het de Week van de Toegankelijkheid, met leuke en leerzame evenementen over inclusief onderwijs.
Een paar tips:
- Toegankelijk Onderwijs (6 okt, Bergen op Zoom) – over hoe scholen toegankelijker kunnen worden.
- Symposium: Toegankelijkheid kun je leren! (8 okt, Culemborg) – voor docenten, studenten en beleidsmakers.
Dus, docenten: probeer deze tips eens uit.
En studenten: deel dit artikel met je docenten!
Want toegankelijkheid begint met bewustwording en met kleine stapjes.
Heb jij nog tips of ervaringen? Deel ze in de reacties!
P.S. Wil je meer weten over communicatie met slechthorenden? Lees dan ook: